Afharden: Essentiele stap voor je moestuin

Heb je je zaailingen binnen voorgezaaid en staan ze er nu mooi bij? Dan komt de volgende stap: afharden. Want hoe goed je ze ook hebt verzorgd, planten die binnen zijn opgekweekt kunnen niet zomaar direct naar buiten. Ze zijn nog te kwetsbaar. In dit artikel lees je hoe je jouw jonge planten stap voor stap laat wennen aan het buitenleven.

Als je zaailingen binnenshuis of in een warme kas hebt opgekweekt, zijn ze gewend aan een constante temperatuur. Ook hebben ze weinig wind meegemaakt en gefilterd licht of (in mijn geval) het licht van een kweeklamp. Zet je ze plots buiten in de volle zon en wind, dan kunnen ze een klap krijgen. Letterlijk en figuurlijk. Afharden is het proces waarbij je jonge planten geleidelijk laat wennen aan de omstandigheden buiten. Zo voorkom je dat je maanden werk in rook ziet opgaan door verbranding, groeistilstand of windschade.

In mijn eerste jaar met een kleine kas ging ik veel te enthousiast van start. Ik zette mijn tomatenplantjes halsoverkop buiten op een zonnige dag in april. Binnen twee uur waren de blaadjes verbrand. Ik kon ze weggooien. Sindsdien neem ik het afharden veel serieuzer.

Wat voor mij goed werkt is het onderstaande stappenplan en vooral veel geduld. 

Welke plantjes moet je laten afharden?

Niet alle planten hoeven afgehard te worden. Alleen de planten die je binnen of in een warme kas hebt voorgezaaid en die straks naar buiten gaan moeten geleidelijk wennen aan de buitentemperatuur, zon en wind.

  • Warmteminnende groenten zoals tomaten, paprika, aubergine, komkommer en meloen

  • Gevoelige bladgroenten zoals sla, andijvie, paksoi en snijbiet

  • Bloemen die je binnen hebt opgekweekt, zoals zinnia, cosmea, afrikaantje

  • Kruiden zoals basilicum en peterselie die binnen zijn voorgezaaid

Als vuistregel geldt: heeft een plant zijn hele jeugd binnen of beschut gestaan? Dan is afharden nodig. Heeft hij het buiten al overleefd? Dan is afharden overbodig.

Wanneer begin je met afharden?

Afharden doe je meestal 1 tot 2 weken voordat je de planten definitief uitplant in de moestuin of in je kas. Kijk naar de nachttemperaturen: die moeten boven de 8 à 10 graden blijven. Let ook op de weersvoorspellingen. Begin niet op een extreem zonnige of winderige dag, maar kies voor mild lenteweer. Als het buiten vriest wil je op dat moment je plantjes niet buiten zetten. Ook kan een flinke regen of hagelbui schade veroorzaken. In Nederland kun je het beste wachten tot half mei (na Ijsheiligen) om je plantjes naar buiten te brengen om af te harden. De kans op vorst is dan nog maar nauwelijks aanwezig. Als je een tuinkas of kweekkas hebt kan je halverwege april al je plantjes in de kas laten wennen. Zorg er dan wel voor dat bij koude nachten je je plantjes extra beschermd met bijvoorbeeld vliesdoek. Het maakt niet uit als het dan nog licht vriest. De tuinkas zorgt voor voldoende bescherming. 

Stappenplan afharden

  • Dag 1-2: Zet de planten een paar uur buiten op een beschutte plek. Een beschutte plek betekent uit de wind en uit de zon.  Haal de plantjes na een paar uur weer naar binnen. 

  • Dag 3-4: Laat ze iets langer buiten staan en geef ze langzaam wat meer zonlicht.

  • Dag 5-6: Laat ze de hele dag buiten staan. Zet ze ’s nachts nog naar binnen.

  • Dag 7-8: Als het niet te koud is, laat je ze ook ’s nachts buiten.

  • Na een week: Zijn je planten gewend aan buiten? Dan kun je ze definitief uitplanten in potten of in de volle grond in jouw moestuin. 

Waar zet je je planten tijdens het afharden?

Een van de grootste uitdagingen is een geschikte plek vinden. Zeker als je veel zaailingen hebt, wil je een beschutte maar lichte ruimte waar ze niet meteen weggewaaid of verbrand worden.

Daar komt een muurkas of kweekbak goed van pas. Deze mini-kasjes bieden bescherming tegen wind en regen, terwijl de planten toch aan het daglicht wennen. Een muurkas tegen een zuidmuur vangt lekker wat zon, zonder dat je planten direct blootstaan aan de elementen. Ideaal voor het afharden, maar ook perfect voor het eerder opkweken of langer oogsten.

Tips voor het afharden

  • Begin met bewolkte dagen
    De eerste dagen kun je het best kiezen voor licht bewolkt weer. Zo wennen je planten rustig aan daglicht zonder dat de zon ze direct verschroeit.
  • Haal je plantjes naar binnen als het heel hard gaat regenen of hagelen. De plantjes zijn nog nog niet sterk genoeg. Ze kunnen knakken door harde regen of hagel.
  • Geef de planten wat extra water als ze in de zon staan. De potjes drogen snel uit en uitdroging maakt ze extra kwetsbaar
  • Gebruik een tunnel of vliesdoek
    Heb je geen muurkas? Een folietunnel of wat vliesdoek over een rek kan ook prima werken om je planten tijdelijk te beschermen. Als je je plantjes in je tuinkas laat afharden (en je doet dit als het weer nog wat kouder is) dan kun deze ’s nachts prima beschermen met vliesdoek.
  • Zorg voor een stevige ondergrond
    Zet je zaailingen op een stabiele plek zodat ze niet omwaaien. Een bak op een tafeltje, plantenkrat of stevige onderzetter werkt goed.
  • Check op verbranding of uitdroging
    Kijk elke dag even of de blaadjes er nog fris uitzien. Lichtgeel of verdord blad kan een teken zijn van te veel zon of droogte.

  • Houd slakken op afstand
    Buiten is de kans groter dat slakken je zaailingen ontdekken. Bescherm ze met een slakkenring of zet ze wat hoger van de grond af.

Deze producten heb ik gebruikt:

Afharden kost een beetje tijd en planning, maar het is de moeite dubbel en dwars waard. Je planten worden sterker, weerbaarder en groeien beter door als ze eenmaal buiten staan. En met de juiste hulpmiddelen, zoals een muurkas,  maak je het jezelf een stuk makkelijker.

Dit blogartikel bevat affiliate links om deze content gratis aan jou te kunnen aanbieden. Mocht je op één van deze links klikken en iets bestellen, dan krijgen wij een commissie van de webshop. Dit kost jou niets, maar zorgt er wel voor dat wij gratis content voor jou kunnen blijven maken.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven